bron nieuwsbrief NICIS Institute
Anita Ekas, coördinator Antillianenbeleid Almere.
"De belangrijkste aandachtsgebieden voor Antillianenbeleid in Almere zijn werken, leren en wonen en criminaliteit. Wij proberen onze projecten daar zoveel mogelijk op te richten. In Almere hebben we geen doelgroepenbeleid. Omdat we een Antillianengemeente zijn krijgen we wel extra geld voor de aanpak van deze groep. Daarom doen we voor hen iets extra’s. In principe proberen we zoveel mogelijk gebruik te maken van het beleid dat we al hebben voor alle jongeren." Dit zegt Anita Ekas, coördinator van het Antillianenbeleid in Almere. "We vinden het belangrijk dat we in ons Antillianenbeleid geen afstand doen van de bestaande structuren waar we goede ervaringen mee hebben. We hebben deze structuren opgeplust en uitgebreid. Instellingen en organisaties die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering hebben de verplichting om een minimum aantal Antillianen te bereiken." Ekas geeft aan dat zij het binnen dit beleid niet nodig vindt dat speciaal Antilliaanse professionals worden ingezet. "We hebben een jongerencentrum en daar is 80% van de jongeren van Surinaamse en Antilliaanse afkomst en daar zit een 'Nederlandse'medewerker die ontzettend veel bereikt." Ekas benadrukt dat het succes heel persoonsgebonden is. "Het gaat om het winnen van vertrouwen. Als dat eenmaal gewonnen is dan maakt het ook helemaal niet meer uit wat voor iemand je bent. Als je maar vertrouwen geeft."
In november start Almere mogelijk starten met een nieuw project. Hirsch Ballin heeft gevraagd of de gemeente een pilot wil draaien gebaseerd op de methodiek die onderzoeker Aart Broek ontwikkeld heeft. Anita Ekas geeft aan dat deze onderzoeker het schaamtegevoel centraal stelt. Het schaamtegevoel is iets wat doorgegeven wordt van ouder op kind en hulpverleners zouden daar rekening mee moeten houden. Sommige Antillianen hebben een andere kijk op het leven dan wij in onze cultuur gewend zij. "Het is van belang dat iedereen die met Antillianen werkt daar rekening mee houdt. Dat betekent niet dat zij hun leven moeten overnemen en dat er dingen geregeld en georganiseerd moeten worden voor Antillianen. Het gaat erom dat een Antilliaan op zijn eigen manier leert met zijn eigen dingen om te gaan. Zo laat je hem zelf een andere visie krijgen."
"Als het pilotproject doorgaat zal er gestart worden met een bijeenkomst voor alle hulpverleningsinstellingen in de stad die te maken hebben met Antillianen. Zij krijgen dan handvatten om anders om te gaan met Antilliaanse kinderen. Hierdoor kunnen zij hun aanpak veranderen en zo beter contact krijgen met de Antillianen. Wellicht dat dan de hulpverlening (nog) beter op gang komt dan nu het geval is."
In 2008 lopen de Bestuurlijke Arrangementen af. Voor Almere is 2009 een overgangsjaar. "In dat jaar willen we het centrum dat we nu hebben voor Antillianen zoveel mogelijk inbedden in het reguliere sociaal-cultureel werk. Daarbij willen we de activiteiten die we specifiek voor Antilliaanse jongeren hebben opgezet in tact houden."
"Wij hebben een centrum genaamd Nos Kutura en daar vindt een aantal activiteiten plaats geënt op met name de Antilliaanse bevolking. Het centrum staat echter open voor iedereen." Ekas geeft aan dat het centrum is geopend om een vindplaats te kunnen zijn voor met name de jongeren tussen 12 en 23 jaar waarvoor het Bestuurlijk Arrangement bestemd was. Gebleken is dat het centrum absoluut werkt voor met name de jongeren tot 12 jaar en de volwassenen vanaf 30 tot 35 jaar. Maar juist die tussenliggende groep bereikt Almere niet met het centrum. "Maar dat wil niet zeggen dat de activiteiten die daar gebeuren slecht zijn en dat die niet aanslaan. Want ze bereiken wel een groep, maar niet een groep die binnen het Bestuurlijk Arrangement valt." De groep die onder het Bestuurlijk Arrangement valt word wel bereikt via andere wegen als jongerencentra. Voor een kleine groep vindt Anita Ekas dat er specifiek beleid moet blijven. Zij geeft aan dat er altijd een groep blijft waar je extra aandacht aan moet besteden en die je niet kunt bereiken met de gewone reguliere dingen. "Daar moet je altijd alert op zijn en als er mogelijkheden zijn om extra dingen te doen dan moet je dat ook zeker doen. Pas er alleen voor op dat je niet gaat stigmatiseren."
Naast specifiek beleid vindt Anita Ekas het belangrijk dat er voor wordt gezorgd dat de beeldvorming vanuit Nederland naar de Antillen, maar ook andersom wordt bijgesteld. "Als je elkaar bewust kunt maken van de verschillen in cultuur en beleving dan heb je een wereld gewonnen."
Anita Ekas, coördinator Antillianenbeleid Almere.
"De belangrijkste aandachtsgebieden voor Antillianenbeleid in Almere zijn werken, leren en wonen en criminaliteit. Wij proberen onze projecten daar zoveel mogelijk op te richten. In Almere hebben we geen doelgroepenbeleid. Omdat we een Antillianengemeente zijn krijgen we wel extra geld voor de aanpak van deze groep. Daarom doen we voor hen iets extra’s. In principe proberen we zoveel mogelijk gebruik te maken van het beleid dat we al hebben voor alle jongeren." Dit zegt Anita Ekas, coördinator van het Antillianenbeleid in Almere. "We vinden het belangrijk dat we in ons Antillianenbeleid geen afstand doen van de bestaande structuren waar we goede ervaringen mee hebben. We hebben deze structuren opgeplust en uitgebreid. Instellingen en organisaties die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering hebben de verplichting om een minimum aantal Antillianen te bereiken." Ekas geeft aan dat zij het binnen dit beleid niet nodig vindt dat speciaal Antilliaanse professionals worden ingezet. "We hebben een jongerencentrum en daar is 80% van de jongeren van Surinaamse en Antilliaanse afkomst en daar zit een 'Nederlandse'medewerker die ontzettend veel bereikt." Ekas benadrukt dat het succes heel persoonsgebonden is. "Het gaat om het winnen van vertrouwen. Als dat eenmaal gewonnen is dan maakt het ook helemaal niet meer uit wat voor iemand je bent. Als je maar vertrouwen geeft."
In november start Almere mogelijk starten met een nieuw project. Hirsch Ballin heeft gevraagd of de gemeente een pilot wil draaien gebaseerd op de methodiek die onderzoeker Aart Broek ontwikkeld heeft. Anita Ekas geeft aan dat deze onderzoeker het schaamtegevoel centraal stelt. Het schaamtegevoel is iets wat doorgegeven wordt van ouder op kind en hulpverleners zouden daar rekening mee moeten houden. Sommige Antillianen hebben een andere kijk op het leven dan wij in onze cultuur gewend zij. "Het is van belang dat iedereen die met Antillianen werkt daar rekening mee houdt. Dat betekent niet dat zij hun leven moeten overnemen en dat er dingen geregeld en georganiseerd moeten worden voor Antillianen. Het gaat erom dat een Antilliaan op zijn eigen manier leert met zijn eigen dingen om te gaan. Zo laat je hem zelf een andere visie krijgen."
"Als het pilotproject doorgaat zal er gestart worden met een bijeenkomst voor alle hulpverleningsinstellingen in de stad die te maken hebben met Antillianen. Zij krijgen dan handvatten om anders om te gaan met Antilliaanse kinderen. Hierdoor kunnen zij hun aanpak veranderen en zo beter contact krijgen met de Antillianen. Wellicht dat dan de hulpverlening (nog) beter op gang komt dan nu het geval is."
In 2008 lopen de Bestuurlijke Arrangementen af. Voor Almere is 2009 een overgangsjaar. "In dat jaar willen we het centrum dat we nu hebben voor Antillianen zoveel mogelijk inbedden in het reguliere sociaal-cultureel werk. Daarbij willen we de activiteiten die we specifiek voor Antilliaanse jongeren hebben opgezet in tact houden."
"Wij hebben een centrum genaamd Nos Kutura en daar vindt een aantal activiteiten plaats geënt op met name de Antilliaanse bevolking. Het centrum staat echter open voor iedereen." Ekas geeft aan dat het centrum is geopend om een vindplaats te kunnen zijn voor met name de jongeren tussen 12 en 23 jaar waarvoor het Bestuurlijk Arrangement bestemd was. Gebleken is dat het centrum absoluut werkt voor met name de jongeren tot 12 jaar en de volwassenen vanaf 30 tot 35 jaar. Maar juist die tussenliggende groep bereikt Almere niet met het centrum. "Maar dat wil niet zeggen dat de activiteiten die daar gebeuren slecht zijn en dat die niet aanslaan. Want ze bereiken wel een groep, maar niet een groep die binnen het Bestuurlijk Arrangement valt." De groep die onder het Bestuurlijk Arrangement valt word wel bereikt via andere wegen als jongerencentra. Voor een kleine groep vindt Anita Ekas dat er specifiek beleid moet blijven. Zij geeft aan dat er altijd een groep blijft waar je extra aandacht aan moet besteden en die je niet kunt bereiken met de gewone reguliere dingen. "Daar moet je altijd alert op zijn en als er mogelijkheden zijn om extra dingen te doen dan moet je dat ook zeker doen. Pas er alleen voor op dat je niet gaat stigmatiseren."
Naast specifiek beleid vindt Anita Ekas het belangrijk dat er voor wordt gezorgd dat de beeldvorming vanuit Nederland naar de Antillen, maar ook andersom wordt bijgesteld. "Als je elkaar bewust kunt maken van de verschillen in cultuur en beleving dan heb je een wereld gewonnen."