bron: Antillenhuis
Op vrijdag 24 oktober was de Nederlande Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de heer Ronald Plasterk, te gast bij de Vereniging Antilliaans Netwerk. De avond was zeer goed bezocht, onder de aanwezigen bevonden zich o.a. oud Gevolmachtigde Minister Carel de Haseth en Plaatsvervangend Gevolmachtigde Minister mw. Mavis Brooks. Laatstgenoemde en Minister Plasterk kregen aan het einde van de avond het boek "Slaaf en Meester" van auteur Carel de Haseth aangeboden.
Op vrijdag 24 oktober was de Nederlande Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de heer Ronald Plasterk, te gast bij de Vereniging Antilliaans Netwerk. De avond was zeer goed bezocht, onder de aanwezigen bevonden zich o.a. oud Gevolmachtigde Minister Carel de Haseth en Plaatsvervangend Gevolmachtigde Minister mw. Mavis Brooks. Laatstgenoemde en Minister Plasterk kregen aan het einde van de avond het boek "Slaaf en Meester" van auteur Carel de Haseth aangeboden. In zijn lezing noemde Minister Plasterk een aantal zaken die momenteel aktueel zijn voor de Nederlande Antillen:
Hoe gaat het verder met het Nederlands als de Antillen straks hun nieuwe status krijgen?
Volgens Plasterk moet het Nederlands dé instructietaal blijven in het onderwijs binnen het Koninkrijk.
"Tot nu toe zijn er veel mensen van de Antillen die hoger onderwijs in Nederland willen volgen. Dat is natuurlijk prima, maar het onderwijs is grotendeels in de Nederlandse taal. Dat blijkt nu in de praktijk wel eens lastig", aldus Plasterk.
Op de lange termijn ziet hij taal ook als een middel om de onderlinge samenhang in het Koninkrijk te ondersteunen: "Bij het gevoel dat we ‘samen iets hebben binnen het Koninkrijk' speelt taal een grote rol. Dat gevoel kan eroderen als steeds meer mensen uit omliggende (Zuid-)Amerikaanse landen zich op de Antilliaanse eilanden vestigen, of als de eilanden zich meer op die landen gaan richten. Dat vind ik een punt van zorg." Voor wat betreft de BES-eilanden ziet hij zichzelf als direct verantwoordelijke voor het onderwijs, zodra deze straks een bijzondere gemeente van Nederland worden. "Voor Curaçao en Sint Maarten ligt dat heel anders. Daar kunnen en moeten en wíllen we mee samenwerken. Maar die verantwoordelijkheid ligt anders. Als er iets mis is of er iets veranderd moet worden, ligt de verantwoordelijkheid daar."
Naast het onderwerp taal, sprak de Minister tijdens de bijeenkomst ook over 'de doornige kwestie' van de homorechten. Hij benadrukte dat homohuwelijken die elders in het Koninkrijk zijn gesloten, erkend moeten worden in het hele Koninkrijk. Voor de BES eilanden geldt deze verplichting tot juridische erkenning sowieso als zij de nieuwe status krijgen als bijzondere gemeente van Nederland. Curaçao en Sint Maarten hebben hier hun eigen keuze in.
Plasterk ging verder in op de situatie van Antilliaanse en Arubaanse oud-studenten die een studieschuld in euro's hebben opgebouwd in Nederland. Na terugkeer naar de Antillen of Aruba kunnen ze die schuld nauwelijks terugbetalen. De Minister attendeerde op het bestaan van de zogenaamde draagkrachtmeting, waarbij een student naar draagkracht zijn lening afbetaalt.
Tot slot kondigde Plasterk aan volgend jaar alle eilanden te bezoeken. Hij hoopt in juli 2009 de Koninkrijksspelen op Aruba bij te kunnen wonen. Hij presenteerde bovendien een extra geldbedrag van een half miljoen jaarlijks voor samenwerking op cultureel gebied.