bron: Radio Nederland Wereldomroep
Het Nederlands moet dé instructietaal blijven in het onderwijs binnen het Koninkrijk. Minister Plasterk van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen vindt dat een vereiste om Antilliaanse studenten beter toegerust aan een studie in Nederland te laten beginnen.
Minister Plasterk hield zijn pleidooi voor de Nederlandse taal op een bijeenkomst van de Vereniging Antilliaans Netwerk. "Op korte termijn zijn er veel mensen van de Antillen die hoger onderwijs in Nederland willen volgen. Dat is natuurlijk prima, maar het onderwijs is grotendeels in de Nederlandse taal. Dat blijkt nu in de praktijk wel eens lastig", aldus Plasterk.
Op de lange termijn ziet hij taal ook als een middel om de onderlinge samenhang in het Koninkrijk te ondersteunen: "Bij het gevoel dat we ‘samen iets hebben binnen het Koninkrijk' speelt taal een grote rol. Dat gevoel kan eroderen als steeds meer mensen uit omliggende (Zuid-)Amerikaanse landen zich op de Antilliaanse eilanden vestigen, of als de eilanden zich meer op die landen gaan richten. Dat vind ik een punt van zorg."
Plasterk voelt zich als minister van Onderwijs bovendien verantwoordelijk voor het onderwijs op de BES-eilanden, die straks een bijzondere gemeente van Nederland worden. Eventuele problemen met het onderwijs daar ziet hij ook als een probleem voor de Nederlandse regering. "Voor Curaçao en Sint Maarten ligt dat heel anders. Daar kunnen en moeten en wíllen we mee samenwerken. Maar die verantwoordelijkheid ligt anders. Als er iets mis is of er iets veranderd moet worden, ligt de verantwoordelijkheid daar."
Magda Rafael van de Stichting Studiefinanciering Curaçao (SSC) vindt het vanzelfsprekend dat communicatie tussen de groepen goed moet zijn. Maar dat hoeft volgens haar niet alleen in het Nederlands te zijn. Ook het Engels en het Papiaments zijn volgens haar belangrijke talen. "Als Nederland internationaal bezig wil zijn, dan verwacht je dat het onderwijs in het Engels meer gestimuleerd zou worden."
Claudette van Trikt, HBO-docent en vertegenwoordiger van Arubaanse studenten in Leiden, is verrast - en een beetje boos- door de opmerking van Plasterk dat de hoge uitval onder Antillianen die in Nederland gaan studeren te wijten zou zijn aan taalproblemen: "Het is bekend dat ook Nederlandse havisten die naar het HBO gaan de Nederlandse taal slecht beheersen. Ik vraag me dus af of de minister misschien met twee maten meet." Voor Van Trikt is het ‘pijnlijk' om te horen dat Plasterk de rol van het Nederlands zo centraal stelt voor de BES-eilanden: "Wil je ze daar dan losrukken van het Caribische gebied en er Nederlanders van maken? De minister moet nadenken voor hij zulke boude uitspraken doet."
Plasterk sprak tijdens de bijeenkomst ook over wat hij noemt 'de doornige kwestie' van de homorechten. De minister benadrukte dat homohuwelijken die elders in het Koninkrijk zijn gesloten, erkend moeten worden in het hele Koninkrijk. Voor de BES eilanden geldt deze verplichting tot juridische erkenning sowieso als zij de nieuwe status krijgen als bijzondere gemeente van Nederland. Curaçao en Sint Maarten hebben hier hun eigen keuze in. Wel vond Plasterk dat de (toekomstige) landen Nederland, Aruba, Curaçao en Sint Maarten hier 'partners' in zijn en er met elkaar over moeten praten. De bewindsman riep in herinnering dat het homohuwelijk in Nederland ook pas zo'n acht jaar geleden officieel is geworden en gunde de Antilliaanse eilanden tijd om aan het idee te wennen. Studieschulden - ook al zijn ze in dure euro's - moeten uiteindelijk worden terugbetaald, vond Plasterk verder. Hij ging hiermee in op de situatie van Antilliaanse en Arubaanse oud-studenten die een studieschuld in euro's hebben opgebouwd in Nederland. Na terugkeer naar de Antillen of Aruba kunnen ze die schuld nauwelijks terugbetalen. Hij pleitte voor de zogenaamde draagkrachtmeting, waarbij een student naar draagkracht zijn lening betaalt. Wel beloofde hij zich in te zetten voor een betere voorlichting in Nederland en op de eilanden over wat een lening precies inhoudt. Over het bestaan van een braindrain, dus het effect dat het hogeropgeleid kader vooral in Nederland studeert en werkt, zei de bewindsman liever te spreken over braincirculation. Hij wees hierbij op het grote aantal Nederlandse stagiairs dat op de Antillen en Aruba werkt.Tot slot kondigde Plasterk aan volgend jaar alle eilanden te bezoeken. Hij hoopt in juli 2009 de Koninkrijksspelen op Aruba bij te kunnen wonen. Hij presenteerde bovendien een extra geldbedrag van een half miljoen jaarlijks voor samenwerking op cultureel gebied.
Jan Paul de Bondt spreekt met minister Plasterk (8'34").
-------------------
Totale nieuwsaanbod Caribische Redactie
Het Nederlands moet dé instructietaal blijven in het onderwijs binnen het Koninkrijk. Minister Plasterk van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen vindt dat een vereiste om Antilliaanse studenten beter toegerust aan een studie in Nederland te laten beginnen.
Minister Plasterk hield zijn pleidooi voor de Nederlandse taal op een bijeenkomst van de Vereniging Antilliaans Netwerk. "Op korte termijn zijn er veel mensen van de Antillen die hoger onderwijs in Nederland willen volgen. Dat is natuurlijk prima, maar het onderwijs is grotendeels in de Nederlandse taal. Dat blijkt nu in de praktijk wel eens lastig", aldus Plasterk.
Op de lange termijn ziet hij taal ook als een middel om de onderlinge samenhang in het Koninkrijk te ondersteunen: "Bij het gevoel dat we ‘samen iets hebben binnen het Koninkrijk' speelt taal een grote rol. Dat gevoel kan eroderen als steeds meer mensen uit omliggende (Zuid-)Amerikaanse landen zich op de Antilliaanse eilanden vestigen, of als de eilanden zich meer op die landen gaan richten. Dat vind ik een punt van zorg."
Plasterk voelt zich als minister van Onderwijs bovendien verantwoordelijk voor het onderwijs op de BES-eilanden, die straks een bijzondere gemeente van Nederland worden. Eventuele problemen met het onderwijs daar ziet hij ook als een probleem voor de Nederlandse regering. "Voor Curaçao en Sint Maarten ligt dat heel anders. Daar kunnen en moeten en wíllen we mee samenwerken. Maar die verantwoordelijkheid ligt anders. Als er iets mis is of er iets veranderd moet worden, ligt de verantwoordelijkheid daar."
Magda Rafael van de Stichting Studiefinanciering Curaçao (SSC) vindt het vanzelfsprekend dat communicatie tussen de groepen goed moet zijn. Maar dat hoeft volgens haar niet alleen in het Nederlands te zijn. Ook het Engels en het Papiaments zijn volgens haar belangrijke talen. "Als Nederland internationaal bezig wil zijn, dan verwacht je dat het onderwijs in het Engels meer gestimuleerd zou worden."
Claudette van Trikt, HBO-docent en vertegenwoordiger van Arubaanse studenten in Leiden, is verrast - en een beetje boos- door de opmerking van Plasterk dat de hoge uitval onder Antillianen die in Nederland gaan studeren te wijten zou zijn aan taalproblemen: "Het is bekend dat ook Nederlandse havisten die naar het HBO gaan de Nederlandse taal slecht beheersen. Ik vraag me dus af of de minister misschien met twee maten meet." Voor Van Trikt is het ‘pijnlijk' om te horen dat Plasterk de rol van het Nederlands zo centraal stelt voor de BES-eilanden: "Wil je ze daar dan losrukken van het Caribische gebied en er Nederlanders van maken? De minister moet nadenken voor hij zulke boude uitspraken doet."
Plasterk sprak tijdens de bijeenkomst ook over wat hij noemt 'de doornige kwestie' van de homorechten. De minister benadrukte dat homohuwelijken die elders in het Koninkrijk zijn gesloten, erkend moeten worden in het hele Koninkrijk. Voor de BES eilanden geldt deze verplichting tot juridische erkenning sowieso als zij de nieuwe status krijgen als bijzondere gemeente van Nederland. Curaçao en Sint Maarten hebben hier hun eigen keuze in. Wel vond Plasterk dat de (toekomstige) landen Nederland, Aruba, Curaçao en Sint Maarten hier 'partners' in zijn en er met elkaar over moeten praten. De bewindsman riep in herinnering dat het homohuwelijk in Nederland ook pas zo'n acht jaar geleden officieel is geworden en gunde de Antilliaanse eilanden tijd om aan het idee te wennen. Studieschulden - ook al zijn ze in dure euro's - moeten uiteindelijk worden terugbetaald, vond Plasterk verder. Hij ging hiermee in op de situatie van Antilliaanse en Arubaanse oud-studenten die een studieschuld in euro's hebben opgebouwd in Nederland. Na terugkeer naar de Antillen of Aruba kunnen ze die schuld nauwelijks terugbetalen. Hij pleitte voor de zogenaamde draagkrachtmeting, waarbij een student naar draagkracht zijn lening betaalt. Wel beloofde hij zich in te zetten voor een betere voorlichting in Nederland en op de eilanden over wat een lening precies inhoudt. Over het bestaan van een braindrain, dus het effect dat het hogeropgeleid kader vooral in Nederland studeert en werkt, zei de bewindsman liever te spreken over braincirculation. Hij wees hierbij op het grote aantal Nederlandse stagiairs dat op de Antillen en Aruba werkt.Tot slot kondigde Plasterk aan volgend jaar alle eilanden te bezoeken. Hij hoopt in juli 2009 de Koninkrijksspelen op Aruba bij te kunnen wonen. Hij presenteerde bovendien een extra geldbedrag van een half miljoen jaarlijks voor samenwerking op cultureel gebied.
Jan Paul de Bondt spreekt met minister Plasterk (8'34").
-------------------
Totale nieuwsaanbod Caribische Redactie