Bron: OCAN
Nog geen dag na het aftreden van Vogelaar had de regering zijn eerste wapenfeit gereed: de herinvoering van het rasregister Verwijsindex Antillianen (VIA).
Het regeringsbesluit om de VIA in te trekken is daarmee van tafel. Of toch niet? “De VIA is een splijtzwam en dreigt voor problemen te zorgen in de coalitie”, zo mogen we vernemen uit de media deze week. Hoe het ook zij, in de ogen van het Overlegorgaan Caribische Nederlanders (OCaN) heeft de regering de nieuwe minister een slechte start bezorgd. De VIA kan op vrijwel geen enkele steun rekenen van de Antillliaans-Arubaanse gemeenschap en treft ons inziens het verkeerde doel. Bovendien is de VIA de opzet voor structurele registratie van etniciteit en daarmee raswetgeving en etnisch-specifieke repressie, zo concluderen wij uit eerdere documenten. Is de VIA de voorbode voor het anders-behandelen van elke burger in Nederland die zich onderscheid op grond van bijzondere kenmerken als afkomst, gezondheid en geloof?
Willekeur
Met het weer op tafel leggen van de VIA heeft de huidige minister niet de kans gekregen de Antilliaans-Arubaanse gemeenschap te raadplegen over een zo gevoelig thema als de rasregistratie. In het kader van de ‘zorgvuldige afweging’ is dit een gemiste kans. Het uitwisselen van privacygevoelige data van een afgebakende groep Nederlanders, die zich onderscheid door zijn etnische herkomst, roep veel vragen op. Wat zijn bijvoorbeeld de gevolgen van het besluit voor het draagvlak bij de Antilliaans-Arubaanse gemeenschap voor het preventieve integratiebeleid? Zal de invoering van de VIA averecht doorwerken in de hulpverlening? Ligt misbruik en willekeur niet op de loer, nu we weten dat het rasregister ook bedoeld was voor de deportatie van Antillianen en Arubanen? Is het niet veel beter de energie te steken in een verbetering van de kwaliteit van de hulpverlening, zodat de uitval aldaar wordt tegengegaan?
Alternatieven registratie
Ook de Antilliaans-Arubaanse gemeenschap zelf heeft als prioriteit dat problemen als overlast worden verholpen, gezien dezelfde hinder die zij daarvan ondervindt. Echter, andere mogelijkheden om zogenaamd ‘onvindbare en ongrijpbare’ Antillianen en Arubanen te ‘vinden en binden’ zijn ruim voorhanden: de Verwijsindex Servicenummer (VSN); de Registratie Niet-Ingezetenen (RNI); de Gegevensuitwisseling Justitieel Casusoverleg Jeugd; de Verwijsindex Risicojongeren (VIR); de Gegevensuitwisseling binnen het Politie Discussienet; een verbetering van de Binnengemeentelijke Basisvoorziening; een eventuele nieuwe, algemene index met de knelpuntencriteria ‘niet-ingeschreven, mobiel, multiproblematiek’ etcetera.
Antilliaans-Arubaanse initiatieven
Daarnaast bestaan talloze Antilliaanse-Arubaanse initiatieven om de opvang van jonge, kansarme nieuwkomers te verbeteren en de drempel naar onderwijs en werk te verlagen. De vermeende non-registratie en mobiliteit worden door (een goede organisatie van) dergelijke initiatieven voor een groot deel al opgelost. Voorbeelden van initiatieven zijn onder meer: het straathoekwerk van Kenneth Valks van The Mall/YfC in Den Haag; de empowermenttrainingen voor jongeren, moeders en vaders van Joyce van der Linden-Kwidama in Zoetermeer; de begeleiding die Jerry Mercelina van trefpunt Ambiente biedt aan risicojongeren in Beijum-Groningen; het inloopcentrum Sentro di mama van Jacqueline Merkies in Dordrecht, waar moeders terecht kunnen met opvoedingsvragen, etc.etc.
Koppel hulpverlening aan leerwerktrajecten en betrek het bedrijfsleven
We schatten in dat polarisatie en ongelijke behandeling niet goed is voor onze samenleving. Koppel hulpverlening voor (Antilliaans-Arubaanse) risicojongeren aan onderwijs- en werktrajecten - in plaats van aan politie, justitie en etniciteit - en betrek hierbij het bedrijfsleven. We verzoeken de nieuwe minister voor WWI daadkrachtig in te zetten op acceptabele en dus doeltreffende oplossingen, die onder meer voortkomen uit de Antilliaans-Arubaanse gemeenschap zelf.
Nog geen dag na het aftreden van Vogelaar had de regering zijn eerste wapenfeit gereed: de herinvoering van het rasregister Verwijsindex Antillianen (VIA).
Het regeringsbesluit om de VIA in te trekken is daarmee van tafel. Of toch niet? “De VIA is een splijtzwam en dreigt voor problemen te zorgen in de coalitie”, zo mogen we vernemen uit de media deze week. Hoe het ook zij, in de ogen van het Overlegorgaan Caribische Nederlanders (OCaN) heeft de regering de nieuwe minister een slechte start bezorgd. De VIA kan op vrijwel geen enkele steun rekenen van de Antillliaans-Arubaanse gemeenschap en treft ons inziens het verkeerde doel. Bovendien is de VIA de opzet voor structurele registratie van etniciteit en daarmee raswetgeving en etnisch-specifieke repressie, zo concluderen wij uit eerdere documenten. Is de VIA de voorbode voor het anders-behandelen van elke burger in Nederland die zich onderscheid op grond van bijzondere kenmerken als afkomst, gezondheid en geloof?
Willekeur
Met het weer op tafel leggen van de VIA heeft de huidige minister niet de kans gekregen de Antilliaans-Arubaanse gemeenschap te raadplegen over een zo gevoelig thema als de rasregistratie. In het kader van de ‘zorgvuldige afweging’ is dit een gemiste kans. Het uitwisselen van privacygevoelige data van een afgebakende groep Nederlanders, die zich onderscheid door zijn etnische herkomst, roep veel vragen op. Wat zijn bijvoorbeeld de gevolgen van het besluit voor het draagvlak bij de Antilliaans-Arubaanse gemeenschap voor het preventieve integratiebeleid? Zal de invoering van de VIA averecht doorwerken in de hulpverlening? Ligt misbruik en willekeur niet op de loer, nu we weten dat het rasregister ook bedoeld was voor de deportatie van Antillianen en Arubanen? Is het niet veel beter de energie te steken in een verbetering van de kwaliteit van de hulpverlening, zodat de uitval aldaar wordt tegengegaan?
Alternatieven registratie
Ook de Antilliaans-Arubaanse gemeenschap zelf heeft als prioriteit dat problemen als overlast worden verholpen, gezien dezelfde hinder die zij daarvan ondervindt. Echter, andere mogelijkheden om zogenaamd ‘onvindbare en ongrijpbare’ Antillianen en Arubanen te ‘vinden en binden’ zijn ruim voorhanden: de Verwijsindex Servicenummer (VSN); de Registratie Niet-Ingezetenen (RNI); de Gegevensuitwisseling Justitieel Casusoverleg Jeugd; de Verwijsindex Risicojongeren (VIR); de Gegevensuitwisseling binnen het Politie Discussienet; een verbetering van de Binnengemeentelijke Basisvoorziening; een eventuele nieuwe, algemene index met de knelpuntencriteria ‘niet-ingeschreven, mobiel, multiproblematiek’ etcetera.
Antilliaans-Arubaanse initiatieven
Daarnaast bestaan talloze Antilliaanse-Arubaanse initiatieven om de opvang van jonge, kansarme nieuwkomers te verbeteren en de drempel naar onderwijs en werk te verlagen. De vermeende non-registratie en mobiliteit worden door (een goede organisatie van) dergelijke initiatieven voor een groot deel al opgelost. Voorbeelden van initiatieven zijn onder meer: het straathoekwerk van Kenneth Valks van The Mall/YfC in Den Haag; de empowermenttrainingen voor jongeren, moeders en vaders van Joyce van der Linden-Kwidama in Zoetermeer; de begeleiding die Jerry Mercelina van trefpunt Ambiente biedt aan risicojongeren in Beijum-Groningen; het inloopcentrum Sentro di mama van Jacqueline Merkies in Dordrecht, waar moeders terecht kunnen met opvoedingsvragen, etc.etc.
Koppel hulpverlening aan leerwerktrajecten en betrek het bedrijfsleven
We schatten in dat polarisatie en ongelijke behandeling niet goed is voor onze samenleving. Koppel hulpverlening voor (Antilliaans-Arubaanse) risicojongeren aan onderwijs- en werktrajecten - in plaats van aan politie, justitie en etniciteit - en betrek hierbij het bedrijfsleven. We verzoeken de nieuwe minister voor WWI daadkrachtig in te zetten op acceptabele en dus doeltreffende oplossingen, die onder meer voortkomen uit de Antilliaans-Arubaanse gemeenschap zelf.