De leiding van de Universiteit van de Nederlandse Antillen (UNA) heeft gisteren besloten een punt te zetten achter de dienstbetrekking van de SEF docenten Paul van Bladel, Carl Camelia en Gilbert Cijntje. De bevindingen van de commissie, die in september door de Minister van Onderwijs was ingesteld om onderzoek te doen naar recente verwikkelingen aan de Sociaal Economische Faculteit (SEF) op de UNA, hebben meegeteld in deze beslissing, ook al omdat zij overeenkwamen met eigen ervaringen binnen de UNA.
De drie docenten hebben gistermiddag een brief ontvangen van de rector magnificus waarin hen is meegedeeld dat er een eind is gekomen aan hun dienstverband bij de UNA met een opzegtermijn van vier maanden. Ze zijn wel per onmiddellijk ontheven van hun taken aan de UNA en hen is verzocht niet meer op het UNA complex te komen.
De UNA zegt het te betreuren het dat het zover moest komen, juist omdat deze docenten in de loop der jaren vooral voor de SEF veel hebben betekend. Maar de laatste jaren is, zegt men, de kloof enorm gegroeid, omdat betrokkenen zich niets aantrokken van de legitieme doelstellingen van de UNA leiding. Verder wordt geconstateerd dat zij hun privébelangen zwaarder lieten wegen dan hun verantwoordelijkheden aan de UNA en de belangen van de studenten.
De UNA vindt dat het verweerschrift van de drie docenten tegen het rapport van de onderzoekscommissie geen weerlegging is van de conclusies van de commissie. Bovendien hebben de docenten er blijk van gegeven niet mee te willen werken aan het herstel van de verhoudingen binnen de universiteit.
De drie docenten hebben gistermiddag een brief ontvangen van de rector magnificus waarin hen is meegedeeld dat er een eind is gekomen aan hun dienstverband bij de UNA met een opzegtermijn van vier maanden. Ze zijn wel per onmiddellijk ontheven van hun taken aan de UNA en hen is verzocht niet meer op het UNA complex te komen.
De UNA zegt het te betreuren het dat het zover moest komen, juist omdat deze docenten in de loop der jaren vooral voor de SEF veel hebben betekend. Maar de laatste jaren is, zegt men, de kloof enorm gegroeid, omdat betrokkenen zich niets aantrokken van de legitieme doelstellingen van de UNA leiding. Verder wordt geconstateerd dat zij hun privébelangen zwaarder lieten wegen dan hun verantwoordelijkheden aan de UNA en de belangen van de studenten.
De UNA vindt dat het verweerschrift van de drie docenten tegen het rapport van de onderzoekscommissie geen weerlegging is van de conclusies van de commissie. Bovendien hebben de docenten er blijk van gegeven niet mee te willen werken aan het herstel van de verhoudingen binnen de universiteit.