Deze maand is bekend geworden dat in het concept van het nieuwe Wetboek van Strafrecht voor de Nederlandse Antillen, dat aan de Staten van de Nederlandse Antillen aangeboden is, een voorstel wordt gedaan om te komen tot legalisering van euthanasie onder bepaalde voorwaarden.
Het nieuwe wetboek moet nog worden aangenomen voordat de autonome status van Curaçao en St. Maarten ingaan op 10 october 2010. Het voorgestelde Nederlands-Antilliaanse artikel 473 WvSrNA luidt: ‘Hij die opzettelijk en wederrechtelijk het leven van een ander op diens uitdrukkelijk en ernstig verlangen beëindigt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twaalf jaren of geldboete van de vijfde categorie.’
Deze wederrechtelijkheid houdt in dat een arts niet strafbaar is als hij zich bij de toepassing van euthanasie houdt aan de eisen die binnen de beroepsgroep gelden en aan de beroepsgroep worden opgelegd. Maar zijn die eisen opgesteld, laat staan opgelegd aan artsen?
Met de nieuwe wetgeving kan een arts het leven van een patiënt nu beëindigen als deze erom vraagt, waarna alleen de rechter bepaalt of de arts goed heeft gehandeld. En dat staat in schril contrast tot de verschillende toetsingsmomenten die bijvoorbeeld de Nederlandse wetgeving kent.
Men stelt hier dat er in Nederland decennialang publiekelijk is gedebatteerd over euthanasie. Voor de BES-eilanden wordt vervolgens slechts een periode van twee jaar afgesproken voor de invoering van euthanasie. En de Staten ontvangen een wetsvoorstel om euthanasie in de wet te regelen, zonder dat daaraan voorafgaand een maatschappelijke discussie heeft plaatsgevonden op Curacao en St. Maarten.
De gevolgde procedure bij de totstandkoming van het voorgestelde Nederlands-Antilliaanse artikel over euthanasie wekt de indruk alsof alleen juristen en medici zich in de Nederlandse Antillen over euthanasie uitspreken en dat wekt weerstand.....
Tarik Yousif in gesprek met Antillencorrespondent Dick Drayer (5'47")
Het nieuwe wetboek moet nog worden aangenomen voordat de autonome status van Curaçao en St. Maarten ingaan op 10 october 2010. Het voorgestelde Nederlands-Antilliaanse artikel 473 WvSrNA luidt: ‘Hij die opzettelijk en wederrechtelijk het leven van een ander op diens uitdrukkelijk en ernstig verlangen beëindigt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twaalf jaren of geldboete van de vijfde categorie.’
Deze wederrechtelijkheid houdt in dat een arts niet strafbaar is als hij zich bij de toepassing van euthanasie houdt aan de eisen die binnen de beroepsgroep gelden en aan de beroepsgroep worden opgelegd. Maar zijn die eisen opgesteld, laat staan opgelegd aan artsen?
Met de nieuwe wetgeving kan een arts het leven van een patiënt nu beëindigen als deze erom vraagt, waarna alleen de rechter bepaalt of de arts goed heeft gehandeld. En dat staat in schril contrast tot de verschillende toetsingsmomenten die bijvoorbeeld de Nederlandse wetgeving kent.
Men stelt hier dat er in Nederland decennialang publiekelijk is gedebatteerd over euthanasie. Voor de BES-eilanden wordt vervolgens slechts een periode van twee jaar afgesproken voor de invoering van euthanasie. En de Staten ontvangen een wetsvoorstel om euthanasie in de wet te regelen, zonder dat daaraan voorafgaand een maatschappelijke discussie heeft plaatsgevonden op Curacao en St. Maarten.
De gevolgde procedure bij de totstandkoming van het voorgestelde Nederlands-Antilliaanse artikel over euthanasie wekt de indruk alsof alleen juristen en medici zich in de Nederlandse Antillen over euthanasie uitspreken en dat wekt weerstand.....
Tarik Yousif in gesprek met Antillencorrespondent Dick Drayer (5'47")