Er heerst de afgelopen week een soort serene stilte voor de storm. De storm die dit weekend over Piscadera Bay waait en ruim 20.000 slachtoffers gaat maken. Iedereen heeft het over het grootste muziekfestijn van het jaar op de Benedenwindse eilanden: het Curaçao North Sea Jazz-festival.
Vorig jaar beet Curaçao de spits af, dit jaar moet blijken of het succes van 2010 toeval was. Aan de verkochte kaarten kan het niet liggen. Trok de eerste editie nog 5300 bezoekers per avond, dit jaar zijn er rond de 10000 kaarten verkocht voor zowel de vrijdag als de zaterdag.
Eén op de zeven mensen op het eiland bevindt zich dit weekend dus op het de Curaçaose variant van het North Sea Jazz-festival. De organisatie is in handen van Mojo concerts, dus de echte experts zijn ingevlogen om te zorgen dat alles op rolletje loopt.
Het lijdt geen twijfel: Curaçao zet zichzelf op de kaart en doet dat in het kielzog van haar Nederlandse zus in Rotterdam. Voor een toeristische bestemming is naamsbekendheid van levensbelang. De Aamerikaanse markt is bijvoorbeeld heel bekend met Aruba, maar nauwelijks met Curaçao. Dit jazz-festival draagt positief bij aan ons eiland als vakantiebestemming.
Vorig jaar is gemeten wat de economische impact is van een festval als deze op de economie van Curaçao. Het eiland heeft met ruim 4 miljoen dollar geprofiteerd. Gemiddeld 5 dagen in een hotel, autohuur en 125 dollar cash per dag, spendeert de gemiddelde bezoeker.
Het festival is over twee dagen verdeeld. En er zijn drie podia in gebruik. Het is dus met recht een kleiner zusje van de Nederlandse variant in Rotterdam.
Grootste act vrijdag was ongetwijfeld Sting. Maar ook Earth wind & Fire kregen - net als Chic - de handen op elkaar en de veten los.
Zaterdag is smuldag voor de Cariben. Dan komt Rubén Blades, Jean Luis Guerra en de apotheose van de tweede editie: Stevie wonder. Hij zal het festival zaterdag afsluiten.
Anousha Nzume in gesprek met Antillencorrespondent Dick Drayer (3'47")
Vorig jaar beet Curaçao de spits af, dit jaar moet blijken of het succes van 2010 toeval was. Aan de verkochte kaarten kan het niet liggen. Trok de eerste editie nog 5300 bezoekers per avond, dit jaar zijn er rond de 10000 kaarten verkocht voor zowel de vrijdag als de zaterdag.
Eén op de zeven mensen op het eiland bevindt zich dit weekend dus op het de Curaçaose variant van het North Sea Jazz-festival. De organisatie is in handen van Mojo concerts, dus de echte experts zijn ingevlogen om te zorgen dat alles op rolletje loopt.
Het lijdt geen twijfel: Curaçao zet zichzelf op de kaart en doet dat in het kielzog van haar Nederlandse zus in Rotterdam. Voor een toeristische bestemming is naamsbekendheid van levensbelang. De Aamerikaanse markt is bijvoorbeeld heel bekend met Aruba, maar nauwelijks met Curaçao. Dit jazz-festival draagt positief bij aan ons eiland als vakantiebestemming.
Vorig jaar is gemeten wat de economische impact is van een festval als deze op de economie van Curaçao. Het eiland heeft met ruim 4 miljoen dollar geprofiteerd. Gemiddeld 5 dagen in een hotel, autohuur en 125 dollar cash per dag, spendeert de gemiddelde bezoeker.
Het festival is over twee dagen verdeeld. En er zijn drie podia in gebruik. Het is dus met recht een kleiner zusje van de Nederlandse variant in Rotterdam.
Grootste act vrijdag was ongetwijfeld Sting. Maar ook Earth wind & Fire kregen - net als Chic - de handen op elkaar en de veten los.
Zaterdag is smuldag voor de Cariben. Dan komt Rubén Blades, Jean Luis Guerra en de apotheose van de tweede editie: Stevie wonder. Hij zal het festival zaterdag afsluiten.
Anousha Nzume in gesprek met Antillencorrespondent Dick Drayer (3'47")