WILLEMSTAD – Het antwoord op het sinterklaas-en-zwarte-pieten probleem ligt negenduizend kilometer verderop. Op Curaçao, het eiland van Quincy Gario. Jammer dat hij dat niet doorheeft. Het zou de angel uit het debat over piet=racisme halen en de emotie weg bij een stukje cultuur en traditie dat beter verdient.
Quincy Gario jaagt het Nederlandse publiek in de gordijnen. De manier waarop hij dat doet is bijna on-Curaçaos. Wie Pauw en Witteman afgelopen maandag zag, ontwaarde een betweterig Curaçaose jongen, die boven de door hemzelf gecreëerde discussie stond. Nederlandser kon het niet.
Henk Westbroek ontstak in wild geraas en trapte in de open val. Als hij al een kansje had om burgemeester van Utrecht te worden, dan is die kans na Pauw en Witteman voorgoed verkeken. De glimlach die Gario gebruikte in zijn ‘strijd’ tegen Westbroek is onderdeel van een techniek die Nederlanders vaak op Curaçao gebruiken: jezelf boven de discussie plaatsen, door simpelweg de wijste te zijn; door niet mee te gaan in de emotie.
Gario won daarmee het debat en liet een gênante Westbroek afgaan door de zijdeur van de studio op het Westergasfabriek-terrein in Amsterdam. Maar of hij daarmee de discussie won, is nog maar zeer de vraag. De stelligheid van zijn punt (piet = racisme) liet weinig ruimte over voor andere meningen. Net als de stelligheid van zijn tegenstanders, die het allemaal maar gezeur vinden.
Maar de echte oplossing voor het sinterklaas-en-zwarte-pieten probleem ligt op Curaçao. De emoties rond het kleurrijke kinderfeest bestaan ook hier, maar spelen nauwelijks een rol. Onder aanvoering van Helmin Wiels leek in eerste instantie ook Zwarte Piet op Curaçao een kort leven beschoren. De sentimenten waren daarbij niet zozeer gericht tegen een mogelijk racistisch element, maar meer tegen het Nederlands karakter van het kinderfeest. Nu de bekende politicus niet meer leeft, lijkt die discussie te zijn verstomd.
Op het kleine eiland van de Benedenwinden worden de sinten wit en de pieten zwart geschminkt. De sinterklaascentrale in Willemstad ontvangt mensen van allerlei pluimage en poedert ze terug tot de twee basiskleuren van het feest: wit en zwart. Ongeacht hun huidskleur. Sint en Piet spelen hier vooral een rollenspel. Beiden praten met amateur-achtige toneelstemmetjes een nogal geforceerde rol. Kinderen zijn vooral bang voor die wit geschminkte sint. Ook de zwart geschminkte piet heeft een rare stem, maar is toch vooral een feestvierder die ingehuurd is om muziek te maken. Het kleurtje dat beiden krijgen opgesmeerd ziet er nogal clownesk uit. Maar ontdoet hen beiden daardoor wel van hun echte huidskleur. Die speelt geen rol meer.
En dat is wat we met z´n allen toch willen?