De vijftig intellectuelen van de Caribische eilanden hebben in hun Open Brief aan de Nederlandse Regering een unieke kans gemist om hun eigen regeringen ter verantwoording te roepen. Een kleine paragraaf in de brief waarin deemoedig erkend wordt dat de hand ook in eigen boezem moet worden gestoken, is helaas een typisch en schrijnend voorbeeld dat ook deze groep in afhankelijkheid naar het moederland blijft kijken, zonder zelf realiteitsbesef en daadkracht te tonen, of in ieder geval hun regeringen daar opdracht toe te geven.
Bovendien, had deze groep niet de moeite kunnen nemen de stukken van de Rijksministerraad te lezen? Een deel van hun kritiek gaat over de in hun ogen onterechte geheimhouding die de Nederlandse regering af zou hebben gedwongen. Los van deze onjuiste procedurele perceptie, zou je dan in ieder geval verwachten, dat bij het vrijkomen van de brieven er een leesronde zou zijn ingelast. Daar blijkt niet veel van, in mijn ogen: de brief verzandt in een al jarenlang kennelijk frustrerende perceptie dat autonomie het hoogste goed is in het Koninkrijk. Wel, dat is - in ieder geval in pragmatische zin - in de laatste tien jaar allerminst gebleken. opeenvolgende regeringen hebben het in ieder geval niet beleden.
Toegevoegde waarde
De brief begint bij de constatering dat de door de Nederlandse regering voorgestelde voorwaarden weinig toegevoegde waarde bezitten en een aanslag vormen tegen staats- en bestuursrechtsrechtelijke principes. Over dat laatste straks meer. Maar niemand kan - na het lezen ervan - met droge ogen beweren dat er geen toegevoegde waarde zit in de maatregelen die voorgesteld zijn. Er zit dus kennelijk geen toegevoegde waarde in:
- Beleidsontwikkeling om de auditfunctie, en de positie van de Raad van Advies en de Algemene Rekenkamer te versterken.
- Versterken van betrouwbare statistische informatie en data ten behoeve van beleidsontwikkeling en besluitvorming.
- Beleid ontwikkelen ten aanzien van subsidieverstrekking en ervoor zorgen om de bestaande subsidierelaties te laten voldoen aan de eisen: rechtmatigheid, legitimiteit, effectiviteit en efficiency.
- Versterken van de inkoopfunctie van de overheid om op een zo doelmatige en effectief mogelijke wijze de inkoop van goederen en diensten te verrichten.
Ik noem deze vier punten van de 59 punten die in de Landspakketten door Nederland worden voorgesteld niet toevallig: ze zijn onderdeel van de eerdere aanbevelingen van de eigen en autonome (!) Algemene Rekenkamer, in dit geval op Curaçao. Een vroege dood gestorven omdat het parlement van Curaçao en de Curaçaose regering stelselmatig weigeren realiteitsbesef en daadkracht te koppelen aan de wens van de bevolking om de 'focus te leggen op bescherming van en zorg voor de meest kwetsbaren in de samenleving, vermijding en bestrijding van armoede en garanties voor basisvoorwaarden voor kwaliteit van het leven'. Dure woorden, die ik kopieer uit de Open Brief van vijftig intellectuelen, die zelf waarschijnlijk niet tot de kwetsbaren in de samenleving horen en het zich waarschijnlijk kunnen veroorloven om 'nee' tegen hulp te zeggen.
Deelnemen
De brief aan Den Haag grossiert in feitelijke onjuistheden en verkeerde aannames. De geheimhouding van de stukken is er een van. Alle stukken die besproken worden in de Rijksministerraad zijn altijd vertrouwelijk. Voor wetsvoorstellen geldt dat deze pas openbaar worden nadat de Raad van State advies heeft uitgebracht. Dit geldt voor alle Nederlandse wetten. Overigens, dit is ook het geval voor de stukken van de desbetreffende Ministerraden in de landen zelf, maar dan speelt de vergelijkbare Raad van Advies een rol.
Er is een voorgeschreven volgorde die voor Rijkswetten geldt. Eerst moeten de regeringen in de Rijksministerraad ermee instemmen dat een wetsvoorstel aan de Raad van State wordt voorgelegd. Vervolgens wordt het advies in de Rijksministerraad besproken en besloten het wetsvoorstel plus het advies ter behandeling aan de vier parlementen aan te bieden. Op dat moment zijn de stukken openbaar.
Bovendien, regeringen leggen geen directe verantwoording af aan het volk, maar via de omweg van het parlement, de gekozen volksvertegenwoordiging. De conclusie in de brief van de vijftig intellectuelen dat 'bewoners van de Landen in het Caribisch deel van het Koninkrijk, die ook het Nederlanderschap hebben, kennelijk niet mogen delen in de zeggenschap omtrent totstandkoming van rijksregelgeving en de controle op het Koninkrijksbeleid' is dus feitelijk onjuist.
Den Haag vroeg afgelopen week politieke commitment van de eilandelijke regeringen voor haar voorstellen en stelt hen in staat dit via parlementaire controle te becommentariëren, vragen te stellen en erover te debatteren. Het wetsvoorstel wordt voorgelegd aan de Raad van Advies.
Aan de uiteindelijke behandeling in de Tweede Kamer kunnen de Staten via gedelegeerden deelnemen, die het recht hebben om moties en amendementen in te dienen.
Dat laatste vergt overigens volwassen en zonder-ruggespraak-opererende parlementen. Die bijvoorbeeld de door hen zelf geïnitieerde aanvragen voor onderzoek naar corruptie en mismanagement van hun regeringen aanpakken, zonder inmenging van Nederland.
Maar op de eilanden heerst een door de vijftig nimmer geadresseerd probleem: bescherming van de belangen van de graaiende vriendjes aan de top (opdat ook zij daar eens geraken?). In ieder geval zie ik er niets van in hun 'Open Brief' en juist dáár ligt de pijn, niet in Den Haag.
Eenheid
Eenheid is een middel, niet een doel. De vijftig intellectuelen staren zich daar blind op. Los van het feit dat eenheid initiatief én commitment vraagt van alle actoren. Ik heb daar ook nu weinig van gezien, bij geen van eilandelijke actoren en ook niet bij de briefschrijvers.
Eenheid betekent, volgens de vijftig, dat er begrip moet zijn ten aanzien van het catastrofale effect van de crisis voor de Caribische volkeren en empathie voor hun pijn en leed. Ik meen in alle beleidsvoorstellen, juist deze empathie voor het effect van de crisis voor de eilanden en hun pijn en leed te voelen.
Je kan de manier van oplossingsrichting bekritiseren, maar als je de 59 voorstellen leest, en je ziet de wil om de miljarden die dat gaat kosten voor lief te nemen, dan weet ik niet wat empathie echt is. Het volk, waar de vijftig zo nadrukkelijk naar wijzen en die het tot nu toe met ijskasten en andere cadeaus van politici moeten doen in ruil voor een stem tijdens verkiezingstijd, gaat nu wel iets krijgen waar wij op de eilanden alleen maar van kunnen dromen: integere overheid en financiën, economische hervormingen, verantwoorde zorg en onderwijs en een versterking van de rechtsstaat. Met dien verstande, dat ook Knops dat nog moet bewijzen, eerlijk is eerlijk.
Daarbij zij gezegd dat Nederland naast het hervormingsplan via de entiteit ook nog gewoon 25,2 miljoen euro Nederlands belastinggeld onvoorwaardelijk beschikbaar stelt aan de eilanden, bovenop de al gegeven 16 miljoen, omdat je mensen niet in de kou laat staan, of ze het nou wel of niet eens zijn met je voorwaarden. Geen empathie?
Caribische autonomie
Eigenlijk draait de Open Brief van de vijftig intellectuelen alleen maar om het begrip autonomie. En ja, het moet gezegd: die autonomie staat stevig onder druk. Dat begon vrijwel meteen na 10-10-'10, toen opeenvolgende regeringen op de eilanden de net gecreëerde schone lei vervuilden met het wegsluizen van ongekende hoeveelheden belastinggeld naar eigen zakken.
Ik noem ter herinnering, op Curaçao de 260 miljoen gulden, verdampt bij Aqualectra, Curoil en RdK en het multi-disciplinair projectteam van Werner Wiels. Lees het rapport over de enquête van het Openbaar Ministerie naar de handel en wandel bij drie overheidsnv's; lees de rapporten van de Ombudsman; van de Rekenkamer naar de ontbrekende jaarrekeningen, naar de bonnetjes affaire bij zeven van de negen ministeries, waardoor eigen partijgenoten hun zakken konden spekken; naar de tonnen met guldens die verdwenen zijn in het Curaçaohuis tijdens de Marvelyne Wiels-periode in Den Haag. En zo kan ik nog wel even doorgaan.
Het zijn onze eigen mensen die onze autonomie misbruiken, maar een 'open brief' daarover heb ik nooit gezien. Ik moet het vooralsnog doen met één paragraaf - ook wij moeten onze hand in eigen boezem steken - die niet eens gespecificeerd wordt.
Ik zou graag na elke dwaling die onze autonomie aantast een Open Brief aan de eilandelijke parlementen willen zien van onze intellectuelen. Maar deze brief was pas de eerste en niet eens gericht aan premier Rhuggenaath, want iemand van onszelf aanspreken op fouten is kennelijk nog steeds not done. Dat laten we liever over aan het Openbaar Ministerie.
De claim, van de groep van vijftig, dat Nederland rechtstatelijk onjuist handelt, is uit de lucht gegrepen. De gevolgde procedure is conform het Statuut. Het enige waar kritiek op zijn plaats is, is de supersnelle wijze en korte tijd die de regeringen kregen om de stukken te bestuderen. Maar zij hebben om meer tijd gevraagd en gekregen. Overigens is de korte tijd voor Aruba geen belemmering geweest om de verwachting uit te spreken nog de komende week tot een akkoord te komen.
En uiteraard kunnen regeringen nee zeggen, zoals zij ook hebben gedaan. En ook de parlementen van de landen kunnen nee zeggen.
Caribische entiteit
Wie de plannen van Knops goed leest, ziet dat de aandachtsterreinen waar de Caribische entiteit op moet focussen nog niet scherp in beeld zijn. Dat is wel nodig om de in de landspakketten genoemde hervormingen succesvol te maken. De problematiek, oplossingsrichtingen, samenhang en gewenste aanpak wil Nederland samen met de landen in gang gaan zetten. Er wordt dus wel degelijk samengewerkt met bestaande instituties op de eilanden. Maar de regie blijft in Den Haag. En het waarom is ook bij de vijftig intellectuelen bekend, de hand is immers - zoals ze zelf zeggen - in eigen boezem geweest.
Volgens de 'Open Brief' hanteert de Nederlandse regering een denigrerende en grievende discourse over onze gebieden en dat moet stoppen. Maar de stelling dat de Caribische gemeenschappen inherent incapabel zouden zijn om hun eigen autonomie te dragen is een opvatting die ook premier Eugene Rhuggenaath hanteert, als hij zegt dat de kennis en kunde niet aanwezig is op de eilanden. Ikzelf blijf liever weg bij deze discussie, omdat beide standpunten een perceptie bevatten die verankerd ligt in de kijk op onze gezamenlijke geschiedenis. De landen in het Koninkrijk hebben elkaar nodig en zolang Antillianen lui worden gevonden en Nederlanders arrogant, blijven we de clichés omarmen alsof ze de werkelijkheid recht doen. En dat doen ze niet.
Kolonialisme en slavernij
De groep schrijft: 'Het getuigt van een op eenheid gerichte politiek om de grote maatschappelijke en culturele impact van het kolonialisme en de slavernij op deze samenlevingen eerlijk te erkennen en te begrijpen.'
En de groep van Vijftig heeft gelijk. De stappen daarin worden mondjesmaat gemaakt en het zou Nederland sieren daar haast mee te maken, zeker in het kader van de eenheid, die als middel nodig is om de toekomst van het Koninkrijk zeker te stellen.
Maar het donkere tijdperk, dat ons allen bijeen heeft gebracht en waar we nu eindelijk eens witte bewustwording als zeer belangrijke component willen zien, moet anderzijds ook een vervolg krijgen in de erkenning en zwarte bewustwording dat de afstammelingen van de tot slaaf gemaakten de overlevingshouding van destijds eindelijk eens afwerpen en bewust afstand doen van het Papiamentse spreekwoord 'ta e kuchú a kòrta mi', het mes sneed me.
Want dat is de kern van deze 'Open Brief', een brief zonder oplossing, waarin het initiatief tot verandering opnieuw bij Nederland wordt gelegd. Alsof de emancipatie uit dit donkere tijdperk alleen maar daadkracht vereist van witte mensen....nee, zeer ongewenst.
De eilanden moeten nu zelf initiatief nemen en zorgen dat in 2027 de volkeren echt autonoom worden. Want dat is toch de boodschap die beide brieven, zowel van Knops als van de Vijftig, uitspreken?
Misschien dat de overige eilandelijke intellectuelen - want er zijn er véél meer - bij kunnen springen en nog een Open Brief kunnen schrijven, maar dan aan premier Eugene Rhuggenaath.
De brief van Vijftig richt zich namelijk tot de verkeerde partij. Het zijn onze eigen parlementen tot wie ze zich moeten wenden, zodat die input gebruikt kan worden voor eigen parlementair commentaar op het hele wetsvoorstel van Coronasteun op lange termijn.
Download hier: