De Isla achter de wijk Wishi en Marchena in Willemstad | Foto: Dick Drayer |
Een rechtbank in Italië heeft onlangs na een proces van vijf jaar de verantwoordelijken van het staalconcern Ilva veroordeeld tot celstraffen van 22 en 20 jaar voor de langdurige vervuiling van de omgeving van de fabriek. Het vonnis is nog niet bevestigd in hoger beroep, maar de implicaties kunnen verstrekkend zijn. Tot aan Curaçao.
Het gaat om de gebroeders Fabio en Nicola Riva. Zij hadden Ilva in eigendom in de periode tussen 1996 en 2012. Volgens hun advocaat stak Ilva in die periode kapitalen in maatregelen om de uitstoot van zware metalen te reduceren, maar de rechter oordeelde dat het concern zeer nalatig is geweest bij het voldoen aan de milieuregels.
Volgens een onderzoek uit 2016 ligt het aantal gevallen van longkanker in de nabijheid van het staalcomplex 30% hoger dan wat gebruikelijk is. Werknemers van het bedrijf lopen een fors hogere kans op bepaalde vormen van kanker.
Politici de cel in
Los van de Riva's veroordeelde de rechtbank een reeks voormalige directieleden van Ilva tot lange celstraffen. Bij het proces stonden 47 personen terecht, waaronder ook ambtenaren en politici. Een prominente bestuurder was Nicola Vendola, een centrumlinkse politicus die tot 2015 voorzitter van het regionale bestuur daar was.
De rechter legde hem een celstraf van drieënhalf jaar op, omdat Vendola de regionale milieudienst onder druk zette om kritische inspectierapporten af te zwakken. De chef van die milieudienst kreeg een gevangenisstraf van twee jaar.
Isla
De Italiaanse uitspraak laat zich makkelijk vertalen naar de Islaproblematiek op Curaçao. Achtereenvolgende regeringen op Curaçao hebben milieuafspraken niet geëvalueerd noch gehandhaafd. PdVSA kreeg vrij spel en wist zich vaak ook nog gesteund door de rechtspraak die de vervuilers een steuntje in de rug gaf door op cruciale momenten haar eigen uitspraken onderuit te halen*.
Voor de vergelijking van de Italiaanse Ilva-case en de Isla-problematiek wijs ik vooral naar het laatste vonnis in eerste aanleg dat bevestigd is in hoger beroep in de zaak van de stichting Clean Air Everywhere en het land Curaçao.
Het ging in deze zaak om de vraag of Curaçao jegens de bewoners onder de rook van de Isla onrechtmatig heeft gehandeld door in onvoldoende mate zorg te dragen voor de luchtkwaliteit in het gebied benedenwinds het Schottegat. De bewoners beriepen zich in dit verband op de grondrechten van artikel 2 EVRM (recht op leven) en artikel 8 EVRM (familieleven).
In het vonnis achtte het Gerecht het in de eerste plaats van belang dat Curaçao in de hindervergunningen van Isla (en electriciteitsproducent CRU) heeft voorzien in mogelijkheden om periodiek tot aanscherping van de milieunormen te komen, als dat noodzakelijk werd geacht ter bescherming van de gezondheid en het welzijn.
Reguleren
Maar ter zitting erkende de overheid dat van die mogelijkheden geen gebruik is gemaakt. Dit is van betekenis, zo stelt de rechter, omdat uit de richtlijnen van de WHO in redelijkheid niet anders kan worden afgeleid dan dat aanleiding bestond om tot aanscherping van de normen te komen en dus wel gebruik te maken van de mogelijkheden tot aanpassing van de voorwaarden. In dit verband wijst het gerecht erop dat uit artikel 8 EVRM voor de overheid niet alleen de verplichting volgt om milieubelastende activiteiten te reguleren maar ook om die regulering toe te passen.
Het Gerecht verklaarde vervolgens voor recht dat Curaçao ter zake de luchtkwaliteit in het gebied benedenwinds het Schottegat onrechtmatig jegens de bewoners van Curaçao onder de rook heeft gehandeld door voor wat betreft de mate van luchtverontreiniging geen deugdelijke normenstelsel vast te stellen, door effectieve maatregelen gericht op bescherming van het privéleven en de woonomgeving achterwege te laten en door onvoldoende informatie te verstrekken over de luchtverontreiniging en de risico's daarvan.
Waarschuwing
Nu vast staat dat er door deze vervuiling onrechtmatig gehandeld wordt, kan in navolging van het Italiaanse vonnis ook een bedrijf, of persoon, hier niet zomaar aan voorbij gaan. Het nu dus 'zo maar' opstarten van de Isla-raffinaderij door een nieuwe operator zou dus ook strafrechtelijke gevolgen kunnen hebben....
De regering Pisas, RdK en CORC zijn gewaarschuwd!
---------------
* lees in dit verband een eerdere reeks artikelen op deze blog