Objectieve vrijstelling: studietoelagen van in Nederland wonende Antilliaanse en Arubaanse studenten

bron: Ministerie van Financiën

Veel van de door Nederland met andere landen gesloten verdragen ter voorkoming van dubbele belasting bevatten een vrijstelling voor studietoelagen die studenten, die uit die landen afkomstig zijn, ontvangen van buiten Nederland. Deze vrijstelling is een objectieve vrijstelling zonder progressievoorbehoud. Ook de BRK bevat een vrijstelling voor studietoelagen als hiervoor bedoeld.

Op grond van de enigszins afwijkende structuur van de BRK is echter in het verleden met betrekking tot studietoelagen, die in Nederland wonende Antilliaanse en Arubaanse studenten ontvangen van buiten Nederland, deze vrijstelling verleend in de vorm van een evenredige vermindering ter voorkoming van dubbele belasting (vrijstelling met progressievoorbehoud). Door het bepaalde in artikel 3.104, onderdeel n, van de Wet IB 2001 geldt er een algemene vrijstelling voor uitkeringen op grond van buitenlandse regelingen die naar aard en strekking overeenkomen met uitkeringen als bedoeld in de onderdelen a tot en met m van dat artikel. Voor zover er studietoelagen uit het buitenland worden ontvangen die buiten de reikwijdte vallen van artikel 3.104, onderdeel n, van de Wet IB 2001, kan in relatie tot de Nederlandse Antillen en Aruba eveneens een objectieve vrijstelling zonder progressievoorbehoud worden toegepast.