Advocaat: bekennende verklaring Elvis K. nodig in zaak Wiels

WILLEMSTAD – 5 mei is het een jaar geleden dat de Curaçaose politicus Helmin ‘Magnus’ Wiels werd doodgeschoten op het strand bij Marie Pampoen. Het Korps Politie Curaçao en het Nederlandse Recherche Samenwerkingsteam RST zijn onder leiding van het Openbaar Ministerie voortvarend te werk gegaan. Daarbij zijn twee slachtoffers gevallen en zitten vier verdachten vast op verdenking van het plegen en of medeplegen van de moord.

Crimescene 5 mei 2013 - Marie Pampoen | Foto: Dick Drayer
Een jaar lang heeft het Openbaar Ministerie met mondjesmaat gecommuniceerd over de voortgang in de zaak ‘Magnus’, zoals de codenaam luidt. Uit angst om daderinformatie vrij te geven is er in een jaar tijd feitelijk niet veel gezegd. Wel werd telkenmale verzekerd dat het onderzoek voorspoedig verloopt, er is zelfs zicht op een intellectuele dader. Tot nu toe blijft het echter bij algemene conclusies, zonder feitelijke onderbouwing. Maar op de regiezittingen die nodig zijn om de procesgang te agenderen en de verschillende termijnen van voorlopige hechtenis juridisch zeker te stellen, wordt er door het OM wel degelijk daderinformatie vrijgegeven.
Tweede regiezitting
Afgelopen week vond een tweede regiezitting plaats. Daarin werden de contouren zichtbaar van de lijn die de verdediging gaat volgen. En die lijn leidt – als het aan de verdediging ligt – naar een niet-ontvankelijk verklaring van het Openbaar Ministerie. ‘De zaak Magnus zit muurvast’, zegt de raadsvrouw van Elvis ‘Monster’ K. die verdacht wordt de fatale schoten te hebben gelost.
‘Het onderzoek naar de moord op politicus Helmin Wiels bevat 6000 pagina’s papier, maar dat zijn voornamelijk getuigenverklaringen; technisch-forensisch bewijs is er nauwelijks. Het Openbaar Ministerie – zoveel is voor mij nu wel duidelijk – kan niet zonder een bekennende verklaring van mijn cliënt om tot een veroordeling te komen.’

mr. Olga Saleh verlaat de zwaarbewaakte rechtbank in Willemstad | Foto: Dick Drayer
Saleh trok tijdens de regiezitting fel van leer tegen de manier waarop het Openbaar Ministerie met haar cliënt en zijn rechten omgaat en dat wil ze daags na de zitting op haar kantoor, wanneer ik haar bezoek, wel herhalen. ‘Het belangrijkste is dat mijn cliënt door het OM benaderd is voor die verklaring op het moment dat hij geen advocaat had.
Op 28 januari van dit jaar werd de relatie tussen mr. Saran Inderson en Elvis K. verbroken. Het ging toen niet goed met mijn cliënt. Op 26 februari werd ik door de Commissie van Strafrecht voorgedragen en toegevoegd als advocaat’.
Geen deal
In die advocaatloze periode wordt hoofdverdachte Elvis ‘Monster’ K. volgens Saleh benaderd om een verklaring af te leggen. ‘Kennelijk kwam zijn medewerking niet helemaal los, want op 5 maart neemt  de Officier van Justitie mr. Gert Rip contact met mij op om te praten over een deal. Dus het liep kennelijk niet zo goed met die verklaring’.
‘Op 22 maart verneem ik uit de krant dat mijn cliënt toch was verhoord en een verklaring had afgelegd en in allerijl naar Nederland was gebracht. Omdat zijn veiligheid op Curaçao niet gewaarborgd kan worden. En het OM zegt ook nog eens dat mijn cliënt om diezelfde reden niet wil dat ik er bij betrokken ben.’
Uit de regiezitting komt naar voren dat Elvis K een bekennende verklaring heeft afgelegd omdat hij in de veronderstelling was dat hem dat strafvermindering op zou leveren; de eis van levenslang zou door het OM niet geëist worden. Maar het OM ontkent dat er toezeggingen zijn gedaan. ‘Dat kunnen en mogen we niet’, zegt Rip op de zitting.  Voor Saleh is het moeilijk na te gaan wat er precies gebeurd is en of de zienswijze van het OM klopt. ‘Vreemd genoeg zijn er van bijna alle verhoren geluids- en videopnames gemaakt, maar net niet van de openbaringsverhoren. Toen begaf de opnameapparatuur het. Ik had daar als advocaat natuurlijk ook gewoon bij moeten zijn’, zegt Saleh verontwaardigd.
Zij heeft op de zitting ook aandacht gevraagd voor de manier waarop het Openbaar Ministerie omgaat met het dossier. ‘De zogenaamde bekennende verklaring is uiteraard geen document van twintig pagina’s. Ze hakken dat in stukjes, zodat ze niet alles in het dossier hoeven te stoppen. Ik weet dat omdat ik stukken heb, die de rechter niet heeft. Dan is het twijfelachtig of dat stuk onderdeel is van het dossier.’
Welles-nietes
Het welles-nietes spel dat op de zitting ontstaat tussen advocaat en officier wordt door de rechter handig geparkeerd. Beide partijen claimen de woorden van Elvis K. die er zelf niet bij is. De rechter vindt dat een beslissing van zijn kant niet gemaakt kan worden zonder dat de verdachte er zelf bij is. Er is meer onderzoek nodig. ‘Dat komt het OM wel heel goed uit, nu wordt er niet voor de inhoudelijke behandeling een oordeel gegeven over de niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie’, zegt Saleh.

Officier van Justitie, mr. Gert Rip na afloop van de 2e regiezitting | Foto: Dick Drayer
‘Ik snap dat de rechter bij afwezigheid van mijn cliënt geen oordeel kan vormen over de manier waarop de bekennende verklaring tot stand is gekomen. Wat ik wel verbijsterend vind, is dat de Officier van Justitie het kennelijk prima vindt dat mijn cliënt niet kon verschijnen. Dat maakte het allemaal erg makkelijk voor hem’, zegt Saleh. ‘Hij kon daardoor ook van alles beweren, zonder dat mijn cliënt daar tegenin kan gaan. Zo zou Elvis K. spijt hebben betuigd. Misschien is dat zo, maar is het niet aan mijn cliënt om dat te verklaren?’
Het OM is volgens Saleh bezig met prutswerk. Ze vindt dat ze gefrustreerd wordt in haar werk om de belangen van haar cliënt goed te behartigen. ‘Het is natuurlijk al lastig genoeg om dat te doen, als hij 9000 km verderop zit. Maar als ze ook nog eens elk telefoonverkeer onderbreken, wanneer ik hem aan de lijn heb, dan is dat gewoon te kinderachtig voor woorden.’
‘Kijk’, zegt Saleh serieus, ‘ik verdedig als advocaat niet het feit. Ik verdedig een verdachte. Dat is ook belangrijk voor het publiek om te beseffen. Er staat veel op het spel. Maar dat spel moet wel eerlijk gespeeld worden. Daarvan is in deze zaak absoluut geen sprake en zal moeten leiden tot het niet-ontvankelijk verklaren van het Openbaar Ministerie op 4 augustus, als de inhoudelijke behandeling aan de orde is. Ik verzeker u: mijn cliënt is er dan wel bij!