'Römer ken niet van je winnen, maar je ken wel van haar verliezen'

Minister Suzy Camelia-Römer (l) clasht met journalist Rick Hart
Cruijff zei ooit eens over het Italiaanse voetbal: 'Ze kennen niet van je winnen, maar je ken wel van ze verliezen.' Daar moest ik aan denken na de verbale clash tussen journalist Rick Hart van CBA/Radio Hoyer 2 en minister Suzy Camelia-Römer van Gezondheid, Natuur en Milieu, afgelopen donderdag tijdens de persconferentie van de ministerraad. 

Een van de topics was het conflict tussen SONA en de minister over de niet geleverde cijfers van de bouw van het nieuwe ziekenhuis door SONA. Wat volgt was een emotioneel debat, waarin door de journalist, al dan niet vooropgezet een vraagstellingsmethodiek werd gehanteerd, die door de minister als suggestief werd ervaren. Daarna escaleerde het gesprek.


Hart: "Minister, ik heb een vraag over SONA. U weet dat SONA bedoeld is om, eh, de politiek op afstand te zetten, eh, van het vele geld wat daarmee gemoeid is, eh, honderden miljoenen, eh, guldens. Uhm, het lijkt erop, eh, althans de indruk die krijg ik, eh, dat u van SONA af wilt. Uhm, kunt u aangeven, eh, wat wij daar als land, uhm, mee opschieten?”
Rick Hart zegt in deze inleiding op zijn vraag dat SONA bestaat om de politiek op afstand te zetten en dat dat te maken heeft met het vele geld wat dat gemoeid is met grote projecten. Voor alle duidelijkheid, want dat wordt later in het gesprek van belang: Hart heeft het in zijn algemeenheid over de relatie SONA/ en Overheid. Hij beschuldig Camelia-Römer hier niet. Wel zegt hij dat hij denkt dat zij van SONA af wil. En dan komt de vraag: wat schiet Curaçao daarmee op?
Camelia-Römer: “Ja, ….”

Hart: “Voordat u beantwoordt, want, ik heb met een aantal deskundigen gesproken en die zeggen…uhm, we schieten er niks mee op. ‘t Wordt alleen maar duurder, uhm,  de tijd wordt ook uitgesteld en het risico bestaat dat er foute dingen gebeuren met die honderden miljoen dollars."
Hart legt hier uit dat hij de vraag stelt, omdat deskundigen hem dat hebben gezegd. Die voegden daaraan toe dat er zonder een beheersorganisatie zoals SONA het risico bestaat dat er foute dingen met het geld kunnen gaan gebeuren. Net echt handig van Hart, want nu geeft hij toe dat hij een vraag van een onbekende deskundige doorspeelt. En de suggestie later in het gesprek dat de journalist bijna gestuurd lijkt, zal wellicht hierop gebaseerd zijn. Maar: Hart beschuldigt Camelia-Römer niet persoonlijk, hij houdt het algemeen. In ieder geval laat hij in het midden wie er dan foute dingen mee kunnen doen.
Camelia-Römer: Ja, ik begrijp dat, uhm, in uw vraag impliciet zit, dat wij door het Openbaar Ministerie vervolgd moeten worden, want wij zijn de boeven…()
Camelia-Römer hanteert hier een handig foefje bij een vraaggesprek: zij vat zijn vraag samen, maar legt hem hier woorden in de mond. Hart heeft immers niets gezegd over het Openbaar Ministerie en ook niets over boefjes. Hart heeft ook niet gezegd dat ‘zij’ vervolgd moeten worden of boefjes zijn. Mocht Camelia-Römer denken dat hij dat impliciet bedoeld heeft, dan dient ze dat eerst te checken met hem. Hart had hier overigens direct in moeten grijpen en zich deze woorden niet in de mond moeten laten leggen.
Camelia-Römer legt uit dat SONA het geld niet verantwoord heeft en niet de politici.

Camelia-Römer: “Ik vind het jammer dat iedere keer wordt gedaan alsof politici boeven zijn, bij voorbaat…()
De minister herhaalt haar opmerking over wat zij denkt dat Rick heeft gezegd. Ze voegt er ook aan toe dat het meerdere malen, sterker: zelfs elke keer gebeurt. Daarmee heeft ze de basis verstevigd om haar betoog te kunnen houden. Rick vergeet weer in te grijpen.
Camelia-Römer legt uit waarom SONA er is en wat er schort aan de constructie met USONA/Beerenschot. Vervolgens gebruikt Camelia-Römer een beeldspraak, waarin ze probeert uit te leggen dat als je secretaresse met jouw 25 piek een salade koopt, er ook een bonnetje en wisselgeld wordt teruggegeven. Hart onderbreekt haar:

Hart: “Maar op het moment…op het moment dat uw secretaresse geen bon krijgt…van waar zij ‘t product koopt – en dat is in dit geval Beerenschot, dan kan SONA dat toch niet verantwoorden? SONA krijgt de cijfers niet.
Hiermee volgt Hart de argumentatie die SONA heeft gebruikt tegen de minister. Handiger was om dat erbij te zeggen. Maar het is legitiem om in een vraaggesprek advocaat-van-de-duivel te spelen.
Camelia-Römer: “()…Kijk, ik vind dit heel jammer, want dit is niet gewoon vragen stellen. U komt met een veronderstelling…u zegt u hebt met experts gesproken…eh…het geld moet ver van de politiek worden gehouden…()
Er is niets mis met veronderstellingen om een vraag op te bouwen. Legitiem zelf. In dit geval geeft de vraag van Hart Camelia-Römer wellicht het idee dat Hart is ingefluisterd door SONA. Opnieuw, indrukken en interpretatie moet je bij voorkeur checken. Ze ontstaan immers in het brein van de ontvanger van de boodschap of de vraag en behoren niet noodzakelijkerwijs bij wat de zender bedoelde.
Camelia-Römer legt uit dat het ontbreken van cijfers een kwalijke zaak is. De verantwoording daarvan ligt bij SONA. De overheid heeft het recht op die cijfers. Al het andere is een rookgordijn.

Camelia-Römer: “Dus nogmaals, ik onderstreep…ik vind de suggestie dat het ver van politiek af is gezet om te voorkomen dat politici stelen, vind ik een kwalijke zaak () en nu zijn de politici de boosdoeners () dus wat u vraagt, met wie u praat, welke rookgordijn dan ook wordt opgehangen, ik wil dat iedereen dit goed begrijpt, ja, want dit is bijna alsof u hier naar toe gestuurd bent om deze vraag te stellen…de verantwoording komt ().
De minister kan de niet weerlegde suggesties van de journalist nu voluit inzetten. Ze stelt dat Hart gesuggereerd heeft dat politici stelen als SONA niet op afstand staat. Iets dat hij niet gezegd heeft. Ook niet dat politici de boosdoeners zijn. Camelia-Römer geeft nu aan dat zij denkt dat Hart is gestuurd. In ieder geval dat dat zo lijkt. Het woordje bijna en alsof zijn cruciaal hier, want het geeft de minister een ontsnappingsclausule later om haar woorden af te kunnen zwakken. Die gebruikt zij overigens niet.
Hart: “Voordat ik….voordat ik mijn tweede vraag stel, uhm, wil ik mij, eheh, verre distantiëren van uw insinuatie dat ik gestuurd zou zijn door wie dan ook. Ik ben volledig onafhankelijk journalist en in dat kader stel ik deze vraag en ik ben door niemand gestuurd. Ik wil dat even heel duidelijk, want die insi…, insinuaties accepteer ik niet.”
Rick heeft door dat hij is ingehaald door de gesprekstechniek van Camelia-Römer. En neemt stelling.
Camelia-Römer: “Nee, ik accepteer de uwe ook niet, dat u stelt alsof politici te dicht bij het geld zitten.”
De minister gaat niet in op wat de journalist zegt. En heel subtiel buigt ze de opmerking van Hart om door te stellen dat de journalist heeft gezegd dat politici te dicht bij het geld zitten. Het is een nuanceverschil, maar dit heeft hij niet gezegd, noch gesteld.
Hart: “Nee, ik stel u een eenvoudige vraag.”

Camelia-Römer: “Het is gelukkig op vier camera’s. en die vraag die u heeft gesteld….u heeft gezegd dat het op een afstand is gezet van de politiek. Waarbij u heel duidelijk was, en ik denk dat iedereen in deze zaal dat kan beamen en de vier camera’s, dat het is alsof je politici niet dicht bij geld kunt zetten ().”
De vier camera’s zijn er inderdaad, en ook de audio hierboven is te beluisteren. En dan is makkelijk te controleren of Hart heeft gezegd dat ‘het is alsof je politici niet dicht bij geld kunt zetten’. Nogmaals: hij heeft dat niet gezegd. Hij heeft in zijn inleiding gezegd dat SONA er is om afstand te creëren tussen geld en politiek. Bovendien heeft hij nadrukkelijk gezegd dat er een risico is, los van waar dat risico dan ligt.
De zaak lijkt bedaard. Hart vraagt een tweede vraag: of de minister akkoord gaat op een voortijdig vertrek van SONA – zelf voorgesteld – en op hun voorwaarden. Camelia-Römer legt uit dat zij haar strategie (gemaakt door deskundige juristen) niet gaat vrijgeven om het conflict met SONA op te lossen. Dan komt ze toch weer terug op het conflict met Rick Hart:

Camelia-Römer: “…maar ik herhaal dat ik er moeite mee heb, dat gesuggereerd wordt dat omdat ik cijfers vraag dat ik dus.. uhm aan aan de geldpot zal gaan zitten met mijn vingers. Daar heb ik zware be..uhm..bezwaar tegen…().
Dit is de natrap. Heel handig omdat journalisten tijdens persconferenties van de ministerraad nauwelijks mogen interpelleren op eerdere vragen. Bovendien had Hart door een tweede vraag te stellen aangegeven de eerste te hebben gesloten. Maar Camelia-Römer gaat weer een stapje verder, door opnieuw een beschuldiging in de mond van Hart te leggen. Nu zou hij gesuggereerd hebben dat de minister (en niemand anders) aan de geldpot zal gaan zitten met haar vingers. Hart grijpt helaas niet in.  
En dat is een gemiste kans. Suzy speelde het spel behendiger en heeft voluit gebruik gemaakt van de dominante positie van ministers bij persconferenties. Gebaseerd op de Cruijffiaanse gedachte dat 'als wij de bal hebben, hun niet kunnen scoren'. 

Suzy Camelia-Römer heeft één kapitale blunder gemaakt: ze heeft zich in haar beantwoording laten leiden door emotie. En zoals zij zelf als geen ander weet is emotie de beste voedingsbodem voor suggesties en complottheorieën. Want waarom word je boos, als er niets aan de hand is? Je kunt het beter zakelijk afdoen als je minister bent. 

Cruijff zei ooit: 'Als Italianen één kans krijgen, maken ze er twee.'
Net als Suzy, voeg ik er aan toe.